Ruggenmergstimulatie (‘spinal cord stimulation’, SCS) is een goedgekeurde behandeling voor neuropathische pijn die truncaal voorkomt of in de ledematen. Hierbij worden er met behulp van een implantaat milde elektrische pulsen geïnduceerd die pijnsignalen kunnen onderdrukken. Deze vorm van pijnverlichting werkt echter niet altijd optimaal en het effect kan over tijd afnemen. Daarom kan het toevoegen van een andere therapie nodig zijn om de pijn voor de patiënt draagbaar te maken. Dr. Marco Solcà en collega’s ontwierpen om deze reden een procedure waarbij SCS wordt gecombineerd met ‘virtual reality’ (VR). Het doel was om analgesie te induceren bij patiënten met chronische beenpijn.
Middels de VR zagen de patiënten een virtueel beeld van hun eigen lichaam. Dit beeld was gelinkt aan de SCS-geïnduceerde parasthesie. Hierbij werd gepersonaliseerde lichaamsfeedback gecreëerd die werd gematcht aan de spatiotemporele patronen van de parasthesie. Hierdoor konden de patiënten de pijnonderdrukking in ‘real-time’ zien gebeuren als opgelichte plaatsen op hun virtuele lichaam.
De onderzoekers voerden een prospectieve, interventionele studie uit met vijftien patiënten met ernstige chronische beenpijn en een SCS-implantaat. Deze patiënten ondergingen gelijktijdig de ruggenmergstimulatie en congruente VR, waarbij de oplichtende plaatsen pasten bij de plaats die op dat moment met SCS werd gestimuleerd (zie figuur voor opzet). Daarnaast ontvingen twee patiënten ruggenmergstimulatie met incongruente VR, waarbij de visuele feedback niet klopte met de plaats van de pijnprikkels. Ook ontvingen deze twee patiënten op een andere moment alleen de VR-ervaring.
Uit de analyse bleek dat de combinatie van ruggenmergstimulatie met congruente VR de meeste pijnvermindering opleverde. Bij congruente SCS-VR nam de pijnscore af van 6,2 voor de behandeling tot 2,7 tijdens behandeling (gemeten met continue visueel analoge schaal). De pijnscores namen af met gemiddeld 44% bij deze methode. Bij incongruente SCS-VR nam de pijnscore gemiddeld af met 23%. Alleen VR had geen significant effect op de pijnscore.
Bij 93% van de patiënten (14/15) nam de pijnscore af tijdens de congruente combinatiebehandeling. Ook bleef dit effect minstens 10 minuten aanhouden na de behandeling, wat niet het geval was bij de controles. Naarmate patiënten vaker SCS-VR ondergingen, nam het pijnverminderingseffect daarnaast nog sterker toe.
CONCLUSIE
In dit onderzoek blijkt de toevoeging van een VR-ervaring aan SCS (waarbij de patiënt visueel ziet waar de ruggenmergstimulatie zijn werk doet) te leiden tot een grotere vermindering in pijn in vergelijking met een behandeling met SCS met incongruente VR (waarbij de opgelichte gebieden niet overeenkwamen met de pijnplaats). Dit effect werd sterker naarmate de patiënt de behandeling vaker onderging. Een dergelijke toevoeging van VR aan de behandeling van een patiënt met chronische pijn kan mogelijk voor verbetering zorgen. Verder onderzoek met meer patiënten zal dit moeten aantonen.
Referentie