Uit anekdotes en een kleinschalig onderzoek is bekend dat veel astronauten kampen met hoofdpijn tijdens het begin van hun raketvlucht en ruimtereis. Nu heeft een studie door neuroloog Ron van Oosterhout en collega’s van het Zaans Medisch Centrum onderzocht of astronauten ook last hebben van deze gezondheidsklacht wanneer zij langer in de ruimte verkeren. De studie is onlangs gepubliceerd in medisch vaktijdschrift Neurology.
Het onderzoek werd uitgevoerd onder 24 astronauten met een gemiddelde leeftijd van 46,6 jaar (± 6,5 jaar). De astronauten vulden vragenlijsten in over wanneer de hoofdpijnen plaatsvonden, de karakteristieken ervan en hoe deze hoofdpijnen verliepen. Verder werd ook het effect van behandeling en methoden om deze hoofdpijnen te voorkomen geëvalueerd. Retrospectief werd er aanvullende data geanalyseerd uit een ander astronautencohort.
In totaal was 95,8% van de deelnemers man en ervoeren 22 van de 24 bevraagde astronauten (91,7%) een of meer episodes van hoofdpijn gedurende hun ruimtereis van gemiddeld 3596 ruimtedagen. Er werden 378 episodes gerapporteerd (mediaan: 9, range 1-128). Het merendeel van de hoofdpijnepisodes presenteerde zich met kenmerken van spanningshoofdpijn (89,9%) en een minderheid met migrainesymptomen (10,1%).
Wat uit het onderzoek naar voren kwam is dat het moment van ontstaan van de hoofdpijn effect heeft op het soort hoofdpijn waar de astronauten last van kregen. Migraineachtige kenmerken waren in de eerste week in de ruimte prominenter dan in de latere weken (23,5% vs. 5,1%), en gingen vergezeld van symptomen zoals misselijkheid (17,6% vs. 6,9%), braken (9,8% vs. 0,7%), neusverstopping (52,9% vs. 29,7%) en zelfs gezichtsoedeem (41,2% vs. 1,4%). Deze bevindingen laten zien dat hoofdpijn in de ruimte een dynamisch proces is en kan evolueren over de tijd naarmate het menselijk lichaam zich aanpast aan de omgeving.
Opvallend genoeg vertoonden omgevingsfactoren zoals temperatuur en atmosferische samenstelling (O2- en CO2-niveaus) geen significante associatie (P>0,05)met het voorkomen van hoofdpijn, waarmee conventionele aannames over ruimtegerelateerde hoofdpijn worden tegengesproken. Behandelingsmethodes waren gelijk als die op aarde met acute antihoofdpijnmiddelen zoals paracetamol als voornaamste methode (55,6%), gevolgd door alternatieve therapieën (41,1%) en andere farmaceutische interventies (22,4%) om de symptomen te verlichten.
Daarnaast bevestigde een retrospectieve analyse van 42 astronauten de prevalentie van hoofdpijn tijdens missies (54,8%), waarbij neusverstopping naar voren kwam als een prominent begeleidend symptoom (24,2%). Uit dit cohort kwam eveneens naar voren dat migraineachtige symptomen het meest voorkomen tijdens de initiële fase, met name bij astronauten zonder voorgeschiedenis van hoofdpijn.
Hoofdpijn in de ruimte lijkt dus een genuanceerde kwaal te zijn, wat zich gedurende de ruimtereis kan ontwikkelen en tot andere klachten kan leiden. Inzicht in wat het effect van lichamelijke aanpassing aan de omgeving in de ruimte kan zijn, is interessant voor de toekomst.
Referentie
Van Oosterhout WPJ, Perenboom MJL, Terwindt GM, Ferrari MD, Vein AA. Frequency and Clinical Features of Space Headache Experienced by Astronauts During Long-Haul Space Flights. Neurology [Internet]. 9 april 2024;102(7). Beschikbaar op: https://doi.org/10.1212/wnl.0000000000209224