Mogelijk verband ontdekt tussen atriumfibrillatie en verhoogd risico op dementie

april 2023 Medisch onderzoek Willem van Altena

Mensen met hartritmestoornissen lopen mogelijk een hoger risico op dementie. Dat is de uitkomst uit een grote studie uit de Verenigde Staten, die onlangs is gepubliceerd in het Journal of the American Heart Association. Vooral bij mensen die jonger dan 65 zijn op het moment dat ze met atriumfibrillatie worden gediagnosticeerd is het risico op dementie verhoogd. Maar er is verder onderzoek nodig om de onderliggende mechanismen te verklaren, en om preventieve behandelingen op te zetten, stellen de researchers.

Dr. Nisha Bansal (University of Washington School of Medicine, Seattle, Verenigde Staten) en haar team hebben de medische dossiers van bijna 197.000 patiënten die tussen 2010 en 2017 werden bewaard in het gezondheidszorgstelsel Kaiser Permanente in Californië, doorgenomen. Bij de helft van de patiënten was recentelijk een atriumfibrillatie gediagnosticeerd. De andere groep was een controlegroep van patiënten met een soortgelijk profiel, maar zonder atriumfibrillatie. De follow-up bedroeg gemiddeld 3,3 jaar.

Risicofactor voor CVA

De correlatie tussen atriumfibrillatie en het risico op dementie was al vaker onderzocht, maar de studies leverden tegenstrijdige resultaten op. Dat is mogelijk toe te schrijven aan een te klein aantal patiënten, een te korte follow-up of inclusie van patiënten met een beperkt profiel zoals oudere patiënten. Atriumfibrillatie is een belangrijke risicofactor voor ischemisch cerebrovasculair accident, maar het is niet duidelijk bewezen dat atriumfibrillatie het risico op dementie verhoogt los van een eventueel CVA, stelt Bansal. “Het zou dan ook goed zijn studies op touw te zetten om na te gaan of de behandeling van atriumfibrillatie het risico op dementie verlaagt”, zegt zij. “Op dit ogenblik is het niet bewezen dat de behandeling van atriumfibrillatie (antistollingstherapie, antiaritmica of katheterablatie) dementie bij die patiënten kan voorkomen of de evolutie ervan kan afremmen.” Volgens recente studies zouden de orale anticoagulantia, die worden gegeven om het risico op CVA als gevolg van atriumfibrillatie te verkleinen, beschermen tegen dementie.

De incidentie van optreden van dementie tijdens de follow-up bedroeg 2,79 per 100 persoonjaren in de groep met atriumfibrillatie en 2,04 per 100 persoonjaren in de groep zonder atriumfibrillatie. Na correctie voor de risicofactoren was het risico op ontwikkeling van dementie 13% hoger bij de patiënten bij wie recentelijk een atriumfibrillatie was gediagnosticeerd, dan in de controlegroep. Het verschil was nog groter (65%) bij de patiënten jonger dan 65 jaar. Het risico was ook verhoogd bij de patiënten zonder chronische nierinsufficiëntie (20% hoger risico). Er is geen significant verschil tussen de twee groepen vastgesteld volgens de leeftijd of de etnische herkomst.

Uremie

“Waarschijnlijk verhogen factoren die samenhangen bij nierinsufficiëntie, zoals de uremie, vaataandoeningen en metabole ziektes het risico op dementie meer dan de atriumfibrillatie zelf. Dat zou kunnen verklaren waarom de correlatie tussen atriumfibrillatie en het risico op dementie zwakker was bij de patiënten met nierinsufficiëntie”, stellen de onderzoekers.

Mogelijke onvolkomenheden in de studie zijn niet-gediagnosticeerde lichte cognitieve stoornissen, andere risicofactoren voor dementie, en de beperkte duur van de follow-up (3,3 jaar).

Referentie

Bansal N, Zelnick L, An J, Incident Atrial Fibrillation and Risk of Dementia in a Diverse, Community‐Based Population, JAHA, Online gepubliceerd op 8 maart 2023.