Microbloedingen zijn geassocieerd met negatieve uitkomsten na een beroerte met onbekende oorzaak

juni 2023 Kliniek in Praktijk Diede Smeets

Cerebrale microbloedingen lijken geassocieerd met het herhaaldelijk optreden van beroertes en intracerebrale bloedingen, waardoor de veiligheid van antitrombotische behandelingen bij patiënten met een historie van beroertes en microbloedingen in twijfel getrokken wordt. In een nieuwe studie, onlangs gepubliceerd in JAMA Neurology, werd onderzocht of er meer microbloedingen bij embolische beroerten met onbekende oorzaak (‘embolic strokes of undetermined source’, ESUS) worden gezien na behandeling met anticoagulantia, in vergelijking met een plaatjesremmend middel.

In de studie werd gebruik gemaakt van subgroepanalyses van de internationale, dubbelblinde, gerandomiseerde fase III-studie NAVIGATE ESUS. De studie includeerde patiënten van 50 jaar of ouder, met ESUS die maximaal een halfjaar voorafgaande aan de screening middels neurobeeldvorming was bevestigd. Van de 7.213 deelnemers in de NAVIGATE ESUS-studie was bij 3.699 (51%) informatie beschikbaar over cerebrale microbloedingen, gebaseerd op MRI-beelden aan het begin van de studie. Patiënten met een historie van symptomatische intracerebrale bloedingen werden geëxcludeerd. Deelnemers werden dagelijks behandeld met 15 mg rivaroxaban of 100 mg aspirine. De primaire uitkomstmaat was het herhaaldelijk plaatsvinden van beroertes. Secundaire uitkomsten waren het plaatsvinden van ischemische beroertes, intracerebrale bloedingen en mortaliteit door alle oorzaken.

Slechtere uitkomsten met microbloedingen

Deelnemers werden gevolgd voor mediaan 11 maanden. In deze periode werden er microbloedingen gezien bij 395 van de 3.699 (11%) deelnemers. De mediane leeftijd van patiënten met cerebrale microbloedingen was 69,5 jaar (SD: 9,4), 61% was man en 51% was wit. Er werden verschillende factoren vastgesteld waarmee een onafhankelijke associatie werd gezien met het optreden van een microbloeding, namelijk gevorderde leeftijd (oddsratio [OR] per jaar [95%-BI]: 1,03 [1,01-1,04]), Oost-Aziatische afkomst (OR [95%-BI]: 1,57 [1,04-2,37]), hypertensie (OR [95%-BI]: 2,20 [1,54-3,15]), multiterritoriale infarcten (OR [95%-BI]: 1,95 [1,42-2,67]), chronische infarcten (OR [95%-BI]: 1,78 [1,42-2,23]) en occulte intracerebrale bloedingen (OR [95%-BI]: 5,23 [2,76-9,90]).

De aanwezigheid van microbloedingen was tevens geassocieerd met een anderhalfvoudige toename in het risico op herhaaldelijke beroerten (HR [95%-BI]: 1,5 [1,0-2,3]), een viervoudige toename in het risico op intracerebrale bloedingen (HR [95%-BI]: 4,2 [1,3-13,9]) en een tweevoudige toename in het risico op mortaliteit door alle oorzaken (HR [95%-BI]: 2,1 [1,1-4,3]). Lobaire microbloedingen waren daarnaast geassocieerd met een 2,5-voudige toename in het risico op ischemische beroerte (HR [95%-BI]: 2,3 [1,3-4,3]). Er werden geen interacties gevonden tussen de onderzochte behandelingen en het optreden van microbloedingen, wat betreft herhaaldelijke beroerten, ischemische beroerten en mortaliteit door alle oorzaken. De hazardratio van intracerebrale bloedingen bij behandeling met rivaroxaban was vergelijkbaar bij patiënten met en zonder microbloedingen (met microbloedingen: HR [95%-BI]: 3,1 [0,3-30,0]; geen microbloedingen: 3,0 [0,6-14,7]; p=0,97).

Conclusie

Uit deze subgroepanalyse van de gerandomiseerde fase III-studie NAVIGATE ESUS is gebleken dat de aanwezigheid van microbloedingen geassocieerd is met een toegenomen risico op herhaaldelijke beroerten, ischemische beroerte, intracerebrale bloedingen en mortaliteit. Er werd geen interactie gezien tussen de soort behandeling, anticoagulantia of bloedplaatjesremmer, en het optreden van microbloedingen, wanneer gekeken werd naar de incidentie van herhaaldelijke beroertes of mortaliteit.

Referentie

Shoamanesh A, Hart RG, Connolly SJ, et al. Microbleeds and the effect of anticoagulation in patients with embolic stroke of undetermined source an exploratory analysis of the NAVIGATE ESUS randomized clinical trial. JAMA Neurol 2021;78:11-20.