In de gerandomiseerde fase III-studie NEURO-TTR is aangetoond dat behandeling van erfelijke ATTR-amyloïdose met inotersen effectief is en goed wordt verdragen. In de open-label extensiestudie werd de progressie van hATTR-polyneuropathie verder afgeremd door behandeling met inotersen, met een betere stabilisatie bij patiënten die eerder waren gestart met inotersen. De studie liet geen additionele bijwerkingen of verhoogde toxiciteit zien.
Achtergrond
Erfelijke ATTR-amyloïdose (‘hereditary transthyretin-mediated amyloidosis’: hATTR) uit zich onder andere in progressieve polyneuropathie. Het wordt veroorzaakt door een mutatie in het gen dat codeert voor transthyretine (TTR), waardoor dit eiwit foutief wordt gevouwen. Inotersen is een antisense-oligonucleotideremmer van de productie van TTR. In de gerandomiseerde fase III-studie NEURO-TTR is aangetoond dat behandeling van deze patiënten met inotersen effectief is en goed wordt verdragen.1 Tijdens EAN 2019 werden door dr. Brannagan de interim-resultaten van de langetermijnresultaten van deze studie gepresenteerd.2
Studie-opzet
Patiënten die de NEURO-TTR-studie hadden afgerond, kregen de mogelijkheid om mee te doen aan de open-label extensiestudie (OLE-studie). In deze studie werden de langetermijneffecten (tot wel 5 jaar) van inotersen bij patiënten met hATTR onderzocht. Hierbij werd apart gekeken naar patiënten die al inotersen in de NEURO-TTR-studie had gekregen en naar patiënten die placebo kregen in de NEURO-TTR-studie en pas met inotersen begonnen in de OLE-studie. Er waren twee primaire uitkomstmaten: de ‘modified Neuropathy Impairment Score +7’ (mNIS+7) en de totale score van de ‘Norfolk Quality of Life–Diabetic Neuropathy’ (Norfolk QoL-DN) -vragenlijst. Daarnaast werden bijwerkingen met betrekking tot bloedplaatjes en nierfunctie geregistreerd.
Resultaten
Van de 139 patiënten die de NEURO-TTR-studie hadden afgerond, deden er 135 (97,1%) mee aan de OLE-studie. Vertraging van ziekteprogressie was gedefinieerd als <0,1 punten verhoging van de scores van de mNIS+7 en de Norfolk QoL-DN. Patiënten die eerst placebo kregen en in de OLE-studie begonnen met inotersen lieten een vertraging van de neurologische ziekteprogressie zien. Het gemiddelde verschil vanaf OLE-baseline tot aan 2 jaar follow-up was 5,08 (mNIS+7) en 2,26 (Norfolk QoL-DN). Bij patiënten die al gedurende 39 maanden inotersen kregen (15 maanden tijdens de NEURO-TTR-studie en 24 maanden tijden de OLE-studie) bleef het positieve effect van inotersen aanhouden. Voor deze groep was het verschil tussen OLE-baseline en 2 jaar follow-up 11,18 voor de mNIS+7 en 5,22 voor de Norfolk QoL-DN.
Er werden geen nieuwe bijwerkingen geïdentificeerd. Bovendien was er geen bewijs voor een verhoogd risico op graad 4-trombocytopenie of ernstig nierfalen bij langere behandelduur met inotersen.
Conclusie
Deze studie toont een aanhoudende effectiviteit van inotersen aan met een verdraagzaam bijwerkingenprofiel. De progressie van hATTR polyneuropathie verbeterde, stopte of vertraagde. Deze voordelen zijn groter bij patiënten die eerder zijn begonnen met inotersen.
Referenties
1. Benson MD, Waddington-Cruz M, Berk JL, et al. Inotersen treatment for patients with hereditary transthyretin amyloidosis. N Engl J Med 2018;379:22-31.
2. Brannagan T, Waddington Cruz M, Wang AK, et al. Long-Term efficacy and safety of inotersen for hereditary transthyretin amyloidosis: 2-year results from the NEURO-TTR open-label extension study. Gepresenteerd tijdens EAN 2019, abstract O3214.