Aerobe oefeningen, zoals fietsen op de hometrainer, kunnen mogelijk het proces van cognitieve achteruitgang bij mensen met de ziekte van Alzheimer vertragen. Dat is de uitkomst van een recente Amerikaanse studie, die is gepubliceerd in het Journal of Alzheimer’s Disease. Op basis van deze studie wordt meer onderzoek verwacht, om precies in kaart te brengen wat het therapeutisch nut van aerobe oefeningen kan zijn voor mensen met Alzheimer.
Alzheimer is een ongeneeslijke, voortschrijdende neurologische aandoening. De mildste vorm leidt tot geheugenverlies en concentratieverlies. Ernstiger vormen kunnen ook andere cognitieve stoornissen veroorzaken aan taalbeheersing, denkvermogen en verwerking van zintuigelijke indrukken. In de ernstigste vorm kan Alzheimer het onmogelijk maken om zelfs de eenvoudigste dagelijkse bezigheden te doen, en worden vrienden en familieleden niet langer herkend.
De ziekte van Alzheimer doet zich doorgaans voor bij mensen vanaf 65 jaar oud. In Nederland leven naar schatting 280.000 mensen met deze aandoening, schat Alzheimer Nederland. Omdat er nog geen genezing bestaat voor de ziekte, ligt de focus van behandelingen vooral op symptoombestrijding en vertragen van de ziekteprogressie. Aerobe oefeningen zouden daar een rol bij kunnen spelen. Er bestaan studies die die conclusie lijken te onderschrijven, maar, stellen de auteurs, er zijn ook studies waaruit geen duidelijk bewijs af te leiden is.
In de studie werd een groep van 96 ouderen met Alzheimer gevolgd tijdens en na een 6 maanden durend programma van aerobe oefeningen. Een groep van 64 proefpersonen kreeg gedurende die tijd drie keer per week een spinning-training, de overige 32 mensen deden alleen anaerobe rek- en bewegingsoefeningen met lage intensiteit. De onderzoekers monitorden de hartslag van de deelnemers in beide groepen. Bij de spinning-groep werd 50 tot 70% van de hartcapaciteit aangesproken, terwijl dat bij de andere groep maximaal 20% was.
Daarnaast werden de cognitieve vermogens van de deelnemers bij baseline gemeten, en ook na 3, 6, 9 en 12 maanden. Hiervoor werd gebruik gemaakt van de Alzheimer’s Disease Assessment Scale-Cognitive Subscale, een graderingssysteem waarbij een hoge score een slechtere cognitie betekent. De onderzoekers stelden vast dat bij beide groepen ouderen de cognitieve scores significant beter waren dan hetgeen verwacht kon worden zonder beweegprogramma’s.
Professor Fang Yu, hoogleraar in dementiezorg aan Arizona State University en mede-auteur van de studie zegt: “Onze studie geeft aan dat een aeroob beweegprogramma gedurende 6 maanden de cognitieve achteruitgang significant verminderd, vergeleken met het normale ziekteverloop bij Alzheimer. Maar: we konden niet vaststellen dat aerobe oefeningen superieur waren aan strekoefeningen. En we konden ook niet detecteren wat het effect van sociale interactie in de groepen was; we zagen dat dat veel voorkwam in de groep die strekoefeningen deed. Daarnaast deden veel deelnemers aan die groep buiten groepsverband ook aerobe oefeningen.”
Professor Yu acht meer onderzoek nodig om de conclusies van de studie uit Arizona te bevestigen en uit te diepen.
Referentie