TNN - 2023, nummer Special, juli 2023
drs. Marleen Huijsmans
Vitamine D-suppletie bij patiënten met MS wordt al enige tijd aangeprezen binnen de alternatieve geneeskunde. In de afgelopen jaren heeft het ontstekingsremmende effect van vitamine D ook in de onderzoekswereld de interesse getrokken, waarna diverse studies zijn uitgevoerd naar de mogelijke toepassing van supplementaire vitamine D-toediening bij auto-immuunziekten als MS. De resultaten van deze wetenschappelijke studies naar de effectiviteit van vitamine D-suppletie bij MS bleken echter niet rechtlijnig en deels tegenstrijdig.1 In de afgelopen jaren zijn daarom een aantal nieuwe klinische studies opgezet om duidelijkheid te scheppen. De meest recente studieresultaten werden gepresenteerd tijdens het European Committee for Treatment and Research in Multiple Sclerosis (ECTRIMS)-congres in oktober 2022.
Lees verderTNN - 2023, nummer Special, juli 2023
Drs. Diede Smeets
Naast medicamenteuze behandeling hebben mensen met MS mogelijk ook baat bij dieetinterventies, zoals het beperken van de calorie-inname, het veranderen van het voedingsritme en het volgen van specifieke diëten. Het maken van aanpassingen in het dieet kan bijdragen aan een betere kwaliteit van leven en er zijn aanwijzingen dat het mogelijk ziekteprogressie vertraagt. Het is bekend dat een hoge inname van verzadigde vetzuren en transvetzuren, rood vlees, suikerhoudende frisdranken en geraffineerde granen het lichaam aanspoort tot productie van Th17-cellen en pro-inflammatoire cytokinen, die kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van auto-immuunaandoeningen zoals MS.1
Lees verderTNN - 2023, nummer Special, juli 2023
drs. Marleen Huijsmans
In 2018 werd met ocrelizumab de eerste ziektemodificerende therapie goedgekeurd voor de behandeling van mensen met progressieve multiple sclerose (PMS). Door deze ontwikkeling werd het belangrijk om vroegtijdig te bepalen welke patiënten zich bevinden in de overgangsfase van relapsing-remitting multiple sclerose (RRMS) naar PMS. Het identificeren van geschikte moleculaire biomarkers voor deze overgangsfase kan bijdragen aan de tijdige start van de behandeling bij deze patiëntengroep. In dit artikel worden twee biomarkers beschreven die onderzocht worden op hun diagnostische waarde bij patiënten met MS.
Lees verderTNN - 2023, nummer Special, juli 2023
Drs. Diede Smeets
Nieuwe behandelingen worden onderzocht in verschillende klinische studiefasen. Meestal wordt een behandeling pas na het afronden van een fase III-studie goedgekeurd door de verantwoordelijke autoriteiten. Hierdoor kan een lange tijd zitten tussen de ontwikkeling van een nieuw geneesmiddel en het moment dat deze nieuwe behandeling beschikbaar is voor patiënten. Daarnaast kan het bij het onderzoeken van een nieuwe MS-behandeling lang duren voordat een effect optreedt; zo duurt het minstens achttien maanden voordat een vertraging van hersenatrofie kan worden waargenomen.1 Wellicht zou een andere opzet van klinische studies de tijd van laboratorium tot dokterspraktijk bij nieuwe MS-behandelingen kunnen verkorten. Door de efficiëntie van klinische studies te verhogen, zou met minder patiënten evenveel relevante data kunnen worden verzameld. Er zijn verbeteringen mogelijk in diverse aspecten van klinische studies, zoals welke studiegroepen worden gebruikt, hoeveel geneesmiddelen per studie worden onderzocht, welke statische methodiek wordt ingezet, het gebruiken van patiëntregisters en de inzet van pragmatische studies. Daarnaast zou een meer diverse en daardoor representatieve patiëntinclusie de praktijkwaarde van de opgedane data kunnen verhogen.
Lees verderTNN - special, nummer Neurologie actueel, februari 2023
dr. R.P.W. Rouhl
Epilepsie is een ernstige neurologische ziekte die bij ongeveer 70 miljoen mensen wereldwijd invloed heeft op hun kwaliteit van leven, hun families en de gezondheidszorg in het algemeen.1,2 Daarbij is het duidelijk dat epilepsie niet alleen het hebben van insulten is, bij meer dan 50% van de patiënten gaat het gepaard met een of meerdere ernstige comorbiditeiten. 3 Deze zijn inmiddels ook opgenomen in de ‘International League Against Epilepsy’ (ILAE) classificatie van epilepsie.4 Co-morbiditeiten kunnen simpelweg de oorzaak van de epilepsie zijn, andere zijn een consequentie van de epilepsie zelf of de behandeling maar ook zijn er met een meer complexe origine. Of deze problemen nou door gedeelde biologische mechanismes, een consequentie of een samenspel van omstandigheden zijn, de behandeling van deze problemen kan erg uitdagend zijn. Daarbovenop hebben ze een ontwikkelingen met betrekking tot co-morbiditeiten en epilepsie. Om succesvolle therapeutische interventies en preventieve strategieën te ontwikkelen, is het belangrijk om een goed begrip te hebben van de pathofysiologie van co-morbiditeiten en de grootte van het probleem.
Lees verderTNN - special, nummer Neurologie actueel, februari 2023
dr. Roland D. Thijs,
INTRODUCTIE
Er komen meer en meer wearables. En die wearables worden steeds beter in het detecteren van epileptische aanvallen. Die alarmering is wenselijk omdat aanvallen vaak niet opgemerkt worden en kunnen leiden tot gevaarlijke situaties waaronder SUDEP.1 Automatische detectie van een aanval zou kunnen zorgen voor een veel betrouwbaarder aanvalsdagboek. Dit zou heel wenselijk zijn voor het monitoren van behandelingen: als niet alle aanvallen genoteerd worden is het moeilijk te beoordelen of een therapie aanslaat of niet.2 Daarnaast is de onvoorspelbaarheid van epileptische aanvallen één van de grootste lasten voor patiënten met epilepsie, een last die wellicht ook hierdoor kan worden verlicht.3 Aan de hand van presentaties bij de 8th Congress of the European Academy of Neurology (juni 2022 te Wenen) en het European Epilepsy Congress (juli 2022, Genève en online) bespreekt dr. Thijs in dit overzicht de ontwikkelingen met betrekking tot medische hulpmiddelen (zoals “wearables”) voor aanvalsdetectie bij epilepsie.
Lees verderTNN - special, nummer Neurologie actueel, februari 2023
dr. Annemiek Dekker
EPILEPSIE
Epilepsie is een van de meest voorkomende en invaliderende, chronische neurologische aandoeningen.1,2 Epileptische aanvallen hebben een enorme impact op de kwaliteit van leven (quality of life, QoL) van patiënten en het hoofddoel van de behandeling van epilepsie zou aanvalsvrij met minimale bijwerkingen (adverse events, AEs) moeten zijn.1-5 Ondanks de introductie van nieuwe anti-aanvalsmedicatie (‘anti-seizure medications, ASMs’) en adequate behandeling bereikt een groot aantal patiënten nog steeds geen volledige controle over de aanvallen en neemt de kans op het bereiken van aanvalsvrijheid aanzienlijk af met elke gefaalde behandeloptie.6,7 Dit onderstreept de noodzaak van een nieuwe therapeutische doorbraak.
Lees verder