Perioperatieve beroertes zijn een belangrijke oorzaak van sterfte en invaliditeit. Er is echter nog onvoldoende informatie bekend om te kunnen bepalen hoe lang electieve, niet-neurologische en niet-cardiologische operaties uitgesteld dienen te worden bij patiënten die een voorgeschiedenis met beroertes hebben. Een recente studie onderzocht of er een associatie is tussen de tijd tussen een ischemische beroerte en het plaatsvinden van een electieve, niet-neurologische of cardiologische operatie en het risico op een nieuwe beroerte na deze operatie bij oudere patiënten.
De cohortstudie baseerde zich op gegevens uit de 100% Medicare Provider Analysis and Review files, inclusief de Master Beneficiary Summary File, tussen 2011 en 2018. Inbegrepen waren electieve niet-neurologische of niet-cardiologische operatieve ingrepen bij patiënten van 66 jaar en ouder.
Redenen voor uitsluiting waren:
De studieuitkomsten waren het hebben van een acute ischemische beroerte tijdens de aanvankelijke ziekenhuisopname, het opnieuw opgenomen worden wegens een beroerte binnen 30 dagen na de electieve operatie, mortaliteit (alle oorzaken) binnen 30 dagen na operatie, samengestelde incidentie van beroertes en mortaliteit, en opname in een verpleeghuis aansluitend op de ziekenhuisopname. Multivariabele logistieke regressiemodellen werden toegepast om bijgestelde odds ratios (‘adjusted odds ratios’, AORs) in te schatten, om de associatie tussen uitkomst van de electieve operatie en de tijd sinds een ischemische beroerte te kwantificeren.
In het uiteindelijke studiecohort werden 5.841.539 patiënten geïncludeerd die electieve niet-neurologische of cardiologische operaties ondergingen. De mediane leeftijd was 74,1 jaar en 57,7% van de patiënten was vrouw. Bij 0,9% van de patiënten (n=54.033) was er sprake van een voorgeschiedenis met beroerte. Patiënten die 30 dagen of minder voor de electieve ingreep een beroerte hadden gehad bleken een hoger risico op het ervaren van een perioperatieve beroerte te hebben (AOR: 8,02 [95% BI] 6,37-10,10; p<0,001) vergeleken met patiënten die nooit een beroerte hadden gehad. De AOR’s verschilden weinig met die bij een interval van 61-90 dagen tussen eerdere beroerte en operatie (AOR: 5,01 [95% BI] 4,00-6,29; p<0,001). Bij mensen die 181-360 dagen voor de operatie een beroerte hadden gehad was de AOR niet veel anders (AOR: 4,76 [95% BI] 4,26-5,32; p<0,001).
De AOR van de mortaliteit door alle oorzaken binnen 30 dagen na de operatie was hoger bij patiënten die binnen 30 dagen na een beroerte geopereerd werden (AOR: 2,51 [95% BI] 1,99-3,16; p<0,001) dan die van mensen die nooit eerder een beroerte hadden gehad. En de AOR nam af tot 1,49 ([95% BI] 1,15-1,92; p<0,001) bij patiënten die tussen de 61-90 dagen voor hun operatie een beroerte hadden gehad. Er werd geen verdere significante afname gezien, zelfs niet na een interval van 360 dagen of meer.
De bevindingen van de cohortstudie suggereren dat het risico op een perioperatieve beroerte bij oudere patiënten die een niet-neurologische of niet-cardiologische operatie ondergaan zich stabiliseert als er meer dan 90 dagen voorbijgegaan zijn tussen een eerdere beroerte en de operatie. Het advies van de American Heart Association, om niet-neurologische of niet-cardiologische operaties minstens 6 maanden uit te stellen na een beroerte, is daarmee mogelijk te voorzichtig.