TNN - jaargang 124, nummer 4, juni 2023
dr. K.J. Kersbergen , E.M. Hopmans MSc, dr. E.S. van Etten , dr. D.P. Bakker , dr. J.C. Harteman , dr. C.M.P.C.D. Peeters-Scholte , namens de werkgroep Arterieel herseninfarct bij kinderen
Recentelijk is een landelijk protocol voor herseninfarcten bij kinderen online gepubliceerd. Betere herkenning van een mogelijk herseninfarct door zorgverleners en het snel verrichten van de juiste diagnostiek kunnen ervoor zorgen dat meer kinderen in aanmerking komen voor acute therapie in de vorm van endovasculaire therapie of intraveneuze trombolyse. Ook de verdere diagnostiek, behandeling en secundaire preventie worden besproken.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2023;124(4):160–4)
Lees verderTNN - jaargang 123, nummer 7, november 2022
dr. M. Beudel , dr. J.M. Dijk , dr. D.P. Bakker , dr. E.M.M. Strijbis , prof. dr. A.I. Buizer , prof. dr. P.R. Schuurman , dr. L.A. van de Pol
Een status dystonicus is een zeldzaam, potentieel levensbedreigend ziektebeeld. In de afgelopen jaren lijkt de prognose geleidelijk beter te zijn geworden, mits de aandoening op tijd wordt herkend en behandeld. Met name de vroege toepassing van diepe hersenstimulatie heeft hieraan bijgedragen. In dit artikel wordt een 5-jarige patiënt beschreven met een GNAO1-mutatie. Het ziektebeloop, de behandeling en de uitkomsten van status dystonicus worden besproken. Hiernaast wordt ingegaan op de effecten van diepe hersenstimulatie bij status dystonicus, in het bijzonder bij de relatief kort geleden ontdekte GNAO1-mutatie. Tot slot wordt de multidisciplinaire aanpak voor DBS bij kinderen met dystonie beschreven.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2022;123(7):327–33)
Lees verderTNN - jaargang 121, nummer 1, februari 2020
dr. E.M.M. Strijbis , dr. J. Helfferich , drs. M. Hunfeld , dr. R.F. Neuteboom , prof. dr. O.F. Brouwer , dr. C.M Hartdorff , dr. M.W. Alsem , dr. D.P. Bakker
Het ziektebeeld acute ‘flaccid’ myelitis (AFM) kenmerkt zich door snel progressieve, ernstige en asymmetrische motorische uitvalsverschijnselen en is het gevolg van beschadiging van motorische voorhoorncellen in het ruggenmerg en de hersenstam. Het ziektebeeld kan gepaard gaan met hersenzenuwuitval en respiratoire insufficiëntie. AFM is geassocieerd met verschillende virussen, de laatste jaren steeds vaker met enterovirus D68 en A71. De symptomen komen grotendeels overeen met de verlammingsziekte veroorzaakt door het poliovirus. In de differentiaaldiagnose horen Guillain-Barrésyndroom en myelitis transversa.
Dit artikel beschrijft een 7-jarig meisje dat enkele dagen na een bovensteluchtweginfectie AFM ontwikkelde geassocieerd met enterovirus D68 (EV-D68). Deze diagnose werd gesteld op basis van het klinisch beeld, typische bevindingen op MRI en het aantonen van EV-D68 in neus-keelspoelsel.
In Nederland is met EV-D68 geassocieerde AFM nog een zeldzame aandoening die in de afgelopen 2,5 jaar bij 4 kinderen gediagnosticeerd is. Wereldwijd wordt een toename van de incidentie gezien met een piek in de herfstmaanden. Mede gezien de ernst van het klinisch beeld is nationale registratie van patiënten met AFM en surveillance van EV-D68 dringend gewenst. Een effectieve therapie ontbreekt, maar uit onderzoek bij muizen blijkt dat vroege behandeling met immuunglobulinen mogelijk een gunstig effect heeft op de ernst van de paresen. De prognose voor herstel is slecht.
Sinds het vrijwel uitroeien van het poliovirus zijn Nederlandse revalidatiecentra niet meer toegerust voor klinische revalidatie van beademde patiënten.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2020;121(1):4–10)
Lees verderTNN - jaargang 117, nummer 2, juni 2016
dr. D.P. Bakker , dr. L.M.E. Smit , dr. L.S. Smit
Bij transiënte neonatale myasthenia gravis wordt de neuromusculaire overgang geblokkeerd door transplacentair overgedragen maternale antilichamen, die gericht zijn tegen de acetylcholinereceptor van de neonaat. Transiënte neonatale myasthenie treedt op bij 50% van de kinderen van moeders met myasthenia gravis. Het gaat gepaard met hypotonie, bewegingsarmoede en zwakte van de ademhalingsspieren en voedingsproblemen. In dit artikel wordt het beloop van dit ziektebeeld bij 2 kinderen van dezelfde moeder beschreven. Daarnaast wordt een richtlijn gegeven voor de opvang, diagnostiek en behandeling van een symptomatische neonaat in geval van myasthenia gravis bij de moeder.
(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2016;117(2):73–7)
Lees verderOm de beste ervaringen te bieden, gebruiken wij en onze partners technologieën zoals cookies om informatie over het apparaat op te slaan en/of te openen. Toestemming voor deze technologieën stelt ons en onze partners in staat om persoonlijke gegevens zoals surfgedrag of unieke ID's op deze site te verwerken en om gepersonaliseerde en niet-gepersonalisserde advertenties te tonen. Indien u geen toestemming geeft of deze intrekt, kan dit invloed hebben op bepaalde functies.
Klik hieronder om in te stemmen met het bovenstaande of om specifieke keuzes te maken. Uw keuzes zullen alleen worden toegepast op deze site. U kunt uw instellingen te allen tijde wijzigen, inclusief het intrekken van uw toestemming, door gebruik te maken van de knoppen op het Cookiebeleid of door te klikken op de knop 'Toestemming beheren' onderaan het scherm.