Articles

Stressreductie bij de ziekte van Parkinson: symptoombestrijding, ziektemodificatie, of allebei?

TNN - jaargang 125, nummer 7, november 2024

F. Goltz MSc, dr. A. van der Heide , prof. dr. B.R. Bloem , prof. dr. A.E. Speckens , dr. R.C. Helmich

SAMENVATTING

Stress speelt een belangrijke rol bij de ziekte van Parkinson (ZvP). Motorische symptomen, zoals tremor of bevriezen, verergeren tijdens acute stress, en veelvoorkomende niet-motorische symptomen, zoals angst en depressie, zijn geassocieerd met chronische stress. Hoewel er nog geen bewijs is bij mensen, suggereren diermodellen dat chronische stress de dopaminerge degeneratie bij de ZvP kan versnellen. Dit suggereert dat stressverlagende interventies niet alleen symptomatische, maar wellicht ook ziektemodificerende effecten kunnen hebben. In dit artikel worden de meest veelbelovende niet-farmacologische strategieën beschreven voor stressvermindering bij de ZvP, en worden de ziektemodificerende effecten geanalyseerd op basis van een ongestructureerd literatuuronderzoek. In verschillende klinische trials is de werkzaamheid van op mindfulness gebaseerde interventies op stressklachten bij de ZvP onderzocht, en behandelingsstrategieën zoals sport en beweging zouden stress kunnen verminderen. Het bewijs is veelbelovend, maar nog niet definitief: in sommige studies werd een vermindering van stressklachten gevonden, terwijl dat in andere studies niet het geval was of veranderingen in stressklachten niet werden gemeten. In de meeste onderzoeken ontbreken biologische maten van enerzijds stress en anderzijds ziekteprogressie. Bovendien was de follow-up over het algemeen te kort en waren studiedesigns niet geschikt om ziektemodificerende effecten te meten. De mechanismen die ten grondslag liggen aan de effecten van stressverlagende interventies zijn daarom grotendeels onduidelijk. Ziektemodificerende effecten zouden kunnen bestaan uit het afzwakken van progressieve neurodegeneratie of het versterken van compensatoire cerebrale mechanismen. Daarnaast worden bij op mindfulness gebaseerde interventies copingmechanismen versterkt. Concluderend zijn leefstijlinterventies zoals mindfulness effectief om stressklachten bij de ZvP te verlichten. Hopelijk gaat een lopend onderzoek in het Radboudumc (MIND-PD) meer duidelijkheid geven over de biologische en ziektemodificerende effecten van stressreductie bij de ZvP.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2024;125(7):283–91)

Lees verder

Directe en indirecte effecten van de COVID-19-pandemie op de ziekte van Parkinson

TNN - jaargang 122, nummer 3, mei 2021

dr. R.C. Helmich , dr. A. van der Heide , prof. dr. B.R. Bloem

SAMENVATTING

Dit artikel bespreekt de invloed van de COVID-19-pandemie op mensen met de ziekte van Parkinson: zowel de directe effecten (van een infectie met SARS-CoV-2) als de indirecte effecten (van sociale isolatiemaatregelen). Daarnaast bespreken we de mogelijke langetermijneffecten van de COVID-19-pandemie, zoals effecten op ziekteprogressie en incidentie van de ziekte van Parkinson. Mensen met de ziekte van Parkinson hebben geen verhoogd risico om geïnfecteerd te raken. Maar indien wel sprake is van een infectie, treedt vaak een verslechtering op van reeds bestaande parkinsonklachten. Bovendien lijkt de mortaliteit als gevolg van COVID-19 hoger te liggen, in elk geval bij een verder gevorderd stadium van de ziekte van Parkinson. Ook parkinsonpatiënten zonder COVID-19 worden geraakt door de pandemie: sociale isolatiemaatregelen leiden tot meer stress en minder beweging, en beide factoren zijn geassocieerd met een verergering van de parkinsonverschijnselen. Tele-medicine en nieuwe (online) manieren om stress te reduceren en lichamelijke activiteit te bevorderen zouden deze nadelige gevolgen kunnen beperken. Gezien de ernstige consequenties van een mogelijke infectie met SARS-CoV-2 is het verstandig om een vaccinatie aan te raden aan mensen met de zieke van Parkinson, temeer daar er geen reden is om aan te nemen dat het vaccin interfereert met het onderliggende ziekteproces of met de symptomatische parkinsonbehandelingen.

(TIJDSCHR NEUROL NEUROCHIR 2021;122(3):106-13)

Lees verder