Kan antibioticagebruik op jonge leeftijd leiden tot chronische aandoeningen als eczeem, astma, ADHD en autisme? Dat er een mogelijke associatie bestaat is in verschillende studies aangetoond, maar een causaal verband is niet bewezen. Reden voor Elise Slob om in het kader van haar promotie aan de universiteit van Amsterdam nader onderzoek te doen. Aan de hand van data van Nederlandse en Zweedse tweelingregisters slaagde zij erin om meer licht op de zaak te werpen.
Ruim een op de vier Nederlandse kinderen, adolescenten en jongvolwassenen kampt met een chronische aandoening, en zijn vaak genoodzaakt om daar dagelijks medicijnen voor in te nemen. Astma is de meest voorkomende chronische aandoening en treft 4,6% van de genoemde groep, gevolgd door eczeem (2,8%), ADHD (3,6%) en autismespectrumstoornissen (ASD, 1,1%). Die aandoeningen zijn terug te voeren op een combinatie van genetische en omgevingsfactoren. Antibiotica wordt in ons land relatief vaak aan jonge kinderen voorgeschreven. In 2017 werd gemeten dat aan kinderen in hun eerste levensjaar 714 antibioticakuren per 1000 persoonsjaren werden voorgeschreven.
Er is al meermalen onderzocht of er een associatie te vinden is tussen het gebruik van antibiotica op jonge leeftijd en het ontstaat van chronische aandoeningen. Wat in deze onderzoeken echter onduidelijk bleef was de invloed van bijvoorbeeld omgevingsfactoren. Zogeheten confounders – variabelen die zowel het gebruik van antibiotica op jonge leeftijd en het ontwikkelen van astma, eczeem, ADHD en ASD op latere leeftijd beïnvloeden – kunnen mogelijk bijdragen aan verkeerde conclusies. De positieve associaties die eerdere studies rapporteren, kunnen dus niet direct worden vertaald naar een causaal verband.
Om die reden focuste Elise Slob haar research op tweelingen. Die delen immers zowel hun leefomgeving als minstens de helft van hun genen. Twee-eiige tweelingen delen de helft van hun genen, eeneiige tweelingen delen al hun genen met elkaar. Door tweelingen te bestuderen, en dan met name hun ziektegeschiedenis kan wellicht de vraag beantwoord worden waarom het ene kind ziek wordt en het andere niet. Als bij een tweeling de ene helft een aandoening ontwikkelt en de andere niet, dan is er sprake van discordantie. Met de kennis van verschillen tussen eeneiige en twee-eiige discordante tweelingparen kan vastgesteld worden of associaties worden beïnvloed door gedeelde familiaire leefomgeving en/of genetische factoren. Dit heet een discordant tweelingenmodel.
Slob en haar team voerden een retrospectieve cohortstudie uit waarin een discordant tweelingenmodel is toegepast om voor de invloed van genetische en omgevingsfactoren te corrigeren in de associatie tussen antibioticagebruik op jonge leeftijd en het ontwikkelen van astma en eczeem. Daarvoor werden gegevens van 34.352 kinderen (3-10 jaar) van het Nederlands Tweelingen Register bestudeerd, en van 7916 kinderen (allen 9 jaar oud) van het Zweedse Tweelingen Register.
Het bleek inderdaad dat kinderen die op jonge leeftijd zijn blootgesteld aan antibiotica een hoger risico hebben op astma. Ook na correctie voor de invloed van genetische en omgevingsfactoren door discordante tweelingparen te onderzoeken, bleef de associatie zichtbaar. Dit wijst erop dat kinderen die op jonge leeftijd worden blootgesteld aan antibiotica mogelijk inderdaad een hoger risico hebben op het ontwikkelen van astma. Voor eczeem kon evenwel geen eenduidige conclusie getrokken. Het werd niet duidelijk of er invloed was van genetische en gedeelde familiaire omgevingsfactoren, vanwege tegengestelde resultaten in het Nederlandse en Zweedse tweelingregister.
Ook voor ADHD en autismespectrumstoornissen is eenzelfde analyse uitgevoerd in een separaat onderzoek. Er zijn onderzoeken die suggereren dat antibioticagebruik op jonge leeftijd inwerkt op de ontwikkeling van de hersen-brein as, en dat die verstoring kan bijdragen aan het ontwikkelen van neurologische aandoeningen als ADHD en autisme.
Voor dit onderzoek werden 25.781 Nederlandse tweelingen van 7 tot en met 12 jaar geïncludeerd, en 7.946 Zweedse 9-jarige tweelingen. En ook hier bleek dat er een verband is tussen antibioticagebruik op jonge leeftijd bij tweelingen met verhoogd risico op ADHD en ASD. Maar na correctie voor genetische en gedeelde familiaire omgevingsfactoren, werd noch bij de Nederlandse of bij de Zweedse tweelingen een verhoogd risico gevonden op het ontstaan van beide aandoeningen na antibioticagebruik op jonge leeftijd. Daaruit concludeert Slob dat het verband tussen antibioticagebruik op jonge leeftijd en het risico op ADHD en ASD vooral wordt beïnvloed door genetische en gedeelde familiaire omgevingsfactoren.
Concluderend stelt Slob dat uit het tweelingenonderzoek blijkt dat antibioticagebruik op jonge leeftijd inderdaad kan leiden tot het ontstaan van astma op latere leeftijd. Zij bepleit dan ook terughoudendheid bij artsen bij het voorschrijven van antibiotica bij jonge kinderen. Eigenlijk zou dat alleen gedaan moeten worden wanneer er bacteriële infecties in het spel zijn.
Referenties