Behandeling van progressieve multifocale leuko-encefalopathie met T-celtherapie

augustus 2020 EAN 2019 Eline Feenstra

In een kleine Italiaanse studie zijn 8 patiënten met progressieve multifocale leuko-encefalopathie behandeld met JC-virus-specifieke T-celtherapie. De behandeling werd goed verdragen. Bij de helft van de patiënten verbeterde de invaliditeit aanzienlijk. Hiermee zou T-celtherapie een nieuwe behandeloptie kunnen zijn voor patiënten met progressieve multifocale leuko-encefalopathie.

Achtergrond

Progressieve multifocale leuko-encefalopathie (PML) is een zeldzame virale aandoening van het centrale zenuwstelsel, die zich kenmerkt door progressieve schade aan of ontsteking van de witte stof. De infectie leidt in veel gevallen tot ernstige invaliditeit en overlijden. PML wordt veroorzaakt door activatie van het JC-virus, een polyomavirus dat aanwezig is bij meer dan 80% van de gezonde volwassenen. Het JC-virus blijft normaal gesproken latent en veroorzaakt alleen PML bij immuungecompromitteerde patiënten, bijvoorbeeld door aids, multipele sclerose, chemotherapie of na een orgaantransplantatie. In veel gevallen is PML een gevolg van het gebruik van medicijnen die het immuunsysteem aantasten.

Vanwege het gebrek aan effectieve antivirale middelen berust de behandeling van PML op het herstellen van de immuunstatus van de patiënten. Patiënten bij wie dit niet goed mogelijk is, hebben geen behandelopties. In een vorig jaar gepubliceerde studie zijn 3 patiënten met PML behandeld met allogene BK-virus-specifieke T-cellen, met als resultaat een vermindering van de klinische verschijnselen en het verdwijnen van het JC-virus uit het hersenvocht van 2 patienten.1 Giulia Berzero en collega’s onderzochten de effectiviteit en toxiciteit van T-celtherapie bij hiv-negatieve patiënten met PML.2

Studie-opzet en resultaten

Tussen 2014 en 2018 werden 8 patiënten met PML behandeld door middel van adoptieve transfer van JC-virus-specifieke T-cellen. De cellijnen werden in de Cell Factory of Policlinico San Matteo (Pavia, Italië) gemaakt van autologe of allogene mononucleaire cellen uit perifeer bloed.

Alle patiënten hadden een onderliggende conditie van immuunsuppressie: 7 met een hematologische maligniteit en 1 met idiopathische CD4+ lymfopenie. De conditie van de patiënten verslechterde en zij waren matig tot ernstig invalide (mediane mRS: 3,5). De mediane tijd tot T-celtherapie bedroeg 2,8 maanden en het mediane aantal infusies was 3,5. Geen van de patiënten ervaarde infusie-gerelateerde bijwerkingen.

Na een mediane follow-up van 6,5 maanden waren 3 patiënten overleden als gevolg van PML-progressie. Eén patiënt was nog steeds gemiddeld invalide (mRS 3-4), terwijl de overige 4 patiënten verbeterden tot een mRS van 1-2 (geringe invaliditeit). Er waren geen gevallen van PML immuun-reconstitutie inflammatoir syndroom (IRIS).

Conclusie

In de hier gepresenteerde studie werden 8 patiënten met PML behandeld met JC-virus-specifieke T-celtherapie. De therapie werd goed verdragen en de resultaten van de behandeling zijn veelbelovend in termen van mortaliteit en invaliditeit. T-celtherapie zou een mogelijke nieuwe behandeloptie kunnen zijn voor PML-patiënten bij wie herstel van de immuunstatus niet mogelijk is.

Referentie

1. Muftuoglu M, Olson A, Marin D, et al. Allogeneic BK virus-specific T cells for progressive multifocal leukoencephalopathy. N Engl J Med 2018;379:1443-51.
2. Berzero G, Basso S, Pisani I, et al. Adoptive transfer of JC virus-specific T-lymphocytes for the treatment of progressive multifocal leukoencephalopathy (PML). Gepresenteerd tijdens EAN 2019, abstract O2107.